Ik schrik wakker van het brandalarm.
Mijn klokje geeft half 4 aan en ik spring uit bed. In paniek sprint ik naar beneden, waar het doordringende gepiep vandaan. Ik zie geen hand voor ogen en slaapdronken zoek ik naar het lichtknopje. Een felle lamp verlicht mijn woonkamer en ik sta even te kijken wat er hier is gebeurd. Mijn hele woonkamer ligt overhoop!
De lades zijn allemaal opengerukt en de inhoud ligt op de grond. De planten zijn omver gegooid, net als de stoelen. De plafondlamp is naar beneden getrokken en de sta lampen liggen kapot op de vloer. Het is één grote ravage en ik voel tranen branden achter mijn ogen.
Het heeft me zoveel moeite gekost om dit huis leuk in te richten en nu ik er eindelijk in woon gebeurd er dit. Nog steeds piept het brandalarm doordringend. Ik kijk om me heen waar het op reageert en ik zie een brandende sigaret op mijn gloednieuwe Chesterfield bank liggen. Er zit al een groot brandgat in de bank en de rook kringelt langzaam omhoog. Woest sla ik de sigaret uit met een krant en ik hoor een vreemd geluid.
Ik stop met slaan en luister waar het geluid vandaan kwam. Even is het stil maar dan hoor ik het weer. Het lijkt alsof iemand hoest.
Mijn briefopener zie ik op de grond liggen en zachtjes loop ik er naar toe. Het gehoest wordt steeds onregelmatiger en klinkt steeds vaker. Ik pak de briefopener en loop richting de keuken. Het geluid leek hier vandaan te komen. Op mijn tenen loop ik door de troep, bang om nog meer te breken en geluid te maken. Ik kijk door de glazen ruit van mijn keukendeur. Er zit iemand in het hoekje bij de koelkast, het hoofd tussen de benen. Ik probeer te onderscheiden of het een man of vrouw is, maar door de weerkaatsing van het licht in de ruit kan ik het niet zien. Ik durf de deur niet te openen, bang voor wat er zou kunnen gebeuren.
Een tijdje staar ik naar de persoon in de hoek, niet wetend wat ik moet doen. Ik zak tegen de muur aan en laat mezelf op de vieze grond glijden. Ontzet kijk ik nog een keer mijn woonkamer door. Ik hoor het gehoest weer. Nu ik dichterbij ben hoor ik het beter. Het is een zware hoest en lijkt niet van een vrouw te zijn.
Ik weet dat ik iets moet doen voordat het te laat is. Ik weet alleen niet wat.. Als ik de politie bel hoort hij me praten en zal me dan waarschijnlijk achterna komen.
Buren heb ik niet. Dit huis heb ik zelf laten bouwen, niet te dichtbij de bewoonde wereld. De stilte hier vind ik heerlijk en ik zou echt niets anders meer willen. Behalve op dit moment.
Er is ondertussen al meer dan een kwartier voorbij en nog steeds zit alleen de muur tussen ons in. Door zacht gerommel in de keuken schrik ik op en spring meteen omhoog. Ik kijk niet uit waar ik ga staan en ik stap met mijn voet in een stuk glas. Ik onderdruk een gil en sla mijn hand voor mijn mond. Voorzichtig til ik mijn voet op en ik zie een flinke snee. Het stuk glas wat uit mijn voet steekt is gelukkig niet groot en met mijn blik afgewend trek ik het er snel uit. Een brandende pijnscheut schiet door mijn voet nu het stuk glas er uit is en alweer voel ik tranen prikken achter mijn ogen.
Ik kijk door het keukenraampje en ik zie dat de man is gaan verzitten. Zijn benen liggen plat op de vloer met zijn armen gestrekt naast hem. Zijn rug ligt onderuit gezakt tegen de muur aan. Alleen aan zijn bewegende arm kun je zien dat hij nog leeft. Waarschijnlijk is hij weer aan het roken.
De tijd tikt door en het begint langzaamaan licht te worden. Nog steeds sta ik hier bij de deur, soms ga ik weer even zitten. De man lijkt geen aanstalten te maken om weg te gaan, noch mij iets aan te doen.
Uiteindelijk neem ik dan toch het besluit om de politie te gaan bellen. Op mijn tenen loop ik weer terug naar boven, richting mijn slaapkamer. Mijn mobieltje is de enige aansluiting die ik tot zover nog heb in het huis.
Even vraag ik me af of ik 112 moet bellen of niet. Er is tenslotte niet echt levensgevaar.. Toch kies ik voor 112, die man moet hier maar zo snel mogelijk weg.
Na ongeveer 15 minuten stoppen de hulpdiensten voor mijn deur. Nu durf ik wat harder te doen en ik storm de trap af. Ik laat de mannen binnen en ze bekijken vluchtig mijn woonkamer.
'Daar gaan we ons later in verdiepen mevrouw, laat u eerst maar zien waar die man is', zegt één van de geüniformeerde mannen.
Ik leid ze richting de keuken en voor de deur stop ik. Met gebaren probeer ik duidelijk te maken dat de man in het hoekje zit, verder van de deur af.
Ik zie hoe de agenten positie nemen aan weerskanten van mijn keukendeur. Eén agent staat voor de deur en trapt de deur open. De mannen aan weerskanten draaien naar binnen met hun pistolen.
Voorzichtig kijk ik om het hoekje wanneer er niets verder gebeurd. Er zit helemaal niemand in de keuken..
Reacties
Ik schrijf niet elke dag meer, maar ik probeer wel om minimaal om de twee dagen een verhaal te plaatsen.
Eigenlijk alles verzin ik van mijn verhalen. Een woord wat me te binnen schiet of een zin, en daar schrijf ik dan een verhaal omheen. Behalve het verhaaltje van 'De hacker', die is gedeeltelijk wel echt gebeurd.
Als je het leuk vind kun je mijn facebook pagina 'liken', die staat boven bij mijn blog. Zo kun je ook op de hoogte blijven als je dat leuk vind!
Ik ga jou verhalen ook snel lezen ;)
En ik ga ook zeker meer verhalen van je lezen, de komende tijd;)
Veel succes!
Had je mijn bericht op FB nog gelezen?
Ik heb op mijn blog ook wat oudere verhalen toegevoegd,
en heb een nieuwe 'De misleiding' geschreven :).