Dit is een herschreven verhaaltje. Het origineel kunnen jullie hier terug lezen!
--------------------------------------
Het is drie uur 's middags wanneer de telefoon van Rosa over gaat.
'Met Rosa?'
'Mevrouw Overwater, het klopt dat Lisa uw dochter is?'
'Ja, dat klopt. Waarom vraagt u dat? Is er wat gebeurt?'
'Het spijt me mevrouw Overwater, maar uw dochter is van het klimrek gevallen en is nu onderweg naar het ziekenhuis'.
Rosa weet even niet wat ze moet zeggen en staat stil.
'Mevrouw Overwater? Bent u daar nog?'
De stem van de directrice brengt Rosa terug naar realiteit en ze antwoordt snel: 'Ja, mevrouw, ik ben er nog. Naar welk ziekenhuis wordt ze gebracht?'
'Ze brengen haar naar het Refaja, volgens de broeders'.
'Ik kom meteen daarheen. Bedankt mevrouw'.
Snel stopt Rosa haar telefoon terug in haar broekzak, laat de boodschappenkar staan en rent naar de uitgang. Bij de kassa's staan lange rijen, maar ze rent gewoon door. Ze loopt tegen verschillende mensen aan, ze schenkt er geen aandacht aan. In een waas rent ze door naar de auto en stapt snel in. Dan beseft Rosa dat ze haar man nog niet heeft gebeld. Haastig pakt ze haar telefoon weer en belt Ben.
'Ben, we hebben nu geen tijd om te praten. Je moet meteen naar het Refaja komen. Lisa is van het klimrek gevallen en ze is nu onderweg naar het ziekenhuis,' zegt Rosa in één adem. Ze hangt op zonder zijn antwoord af te wachten en start de auto. Veel harder dan toegestaan rijdt ze richting het ziekenhuis.
Wanhopig probeert Rosa een parkeerplek te vinden, maar het lijkt helemaal vol te staan. Opeens ziet ze een auto die zijn plekje verlaat en ongeduldig wacht ze tot de auto weg is. Snel parkeert Rosa haar auto en rent richting de ingang van het ziekenhuis. Bij de informatiebalie staat gelukkig niemand te wachten en al snel loopt ze door de gangen, richting de kinderafdeling. Op de afdeling lijkt het rustig, er zit alleen een vrouw met een kind te wachten. Rosa loopt weer richting de balie en informeert naar Lisa.
'Uw dochtertje wordt op dit moment geopereerd mevrouw, ik zal u moeten vragen om even plaats te nemen tot de behandelend arts klaar is met de ingreep'.
Stilletjes gaat Rosa aan de andere kant van de wachtkamer zitten, zodat ze Ben aan kan zien komen. Na een aantal minuten ziet ze hem al door hal rennen, zijn hoofd is rood. Rosa staat op en geeft hem een zoen. Ze is niet in staat om veel te zeggen, en ze ploft weer terug op haar stoeltje. In stilte wachten ze het nieuws af wat de dokter hen zal komen brengen.
Na twee uur komt er eindelijk een dokter aan die naar de ouders van Lisa vraagt. Rosa staat meteen op en de man begint te praten met een lage stem. 'Meneer en mevrouw Overwater, mijn naam is dokter Velp. Uw dochtertje heeft een flinke smak gemaakt toen ze op de grond viel en ik vrees dat ze een ernstige hersenschudding heeft. Op dit moment houden we haar kunstmatig in coma, zodat we kunnen kijken of er nog meer botsplinters in haar hersenen zitten. Haar schedel is op één plaats gebroken en die heb ik vast gezet met een metalen plaatje. U moet niet schrikken wanneer we zo haar kamer binnen gaan. Het lijkt alsof ze ligt te slapen, alleen zal ze niet wakker worden van uw stem'. De dokter kijkt Rosa en Ben één voor één aan maar ze geven geen enkele reactie. Vervolgens knikt de dokter en zegt: 'Als u mij dan even zou willen volgen, dan breng ik u naar haar toe'.
Voordat ze gaan lopen pakt Rosa de hand van Ben en kijkt hem in zijn ogen. Ze fluistert: 'Ik weet niet of ik dit wel kan Ben. Misschien is het beter als jij alleen gaat, dan is één van ons bij haar'.
Ben slaat een arm om haar heen en trekt haar dicht naar zich toe. Hij fluistert terug: 'Jij bent de enige die ze op dit moment nodig heeft. Jij bent er altijd voor haar, jij bent haar rots in de branding'.
Rosa ziet dat Ben tranen in zijn ogen heeft en ze laat zich door hem mee loodsen naar de kamer van Lisa. Zachtjes doet de dokter de deur open, alsof hij haar toch wakker zou kunnen maken. Rosa kijkt vol ongeloof hoe haar kleine meid daar ligt. Het bed is veel te groot, ze ligt alleen op de zaal. Ze knijpt in de hand van Ben en langzaam lopen ze richting haar bed.
Het gezicht van Lisa is bleek, en er zit veel verband om haar hoofd. Op één plek begint het bloed er alweer een beetje door te komen. Ze hoort een gesmoorde snik en ze ziet hoe Ben de hand van Lisa vast heeft gepakt. Met kleine stapjes loopt ze ook dichter naar het bed toe. Ze kijkt naar de gesloten ogen, de ingevallen wangetjes. Onbewust strijkt ze een lok uit Lisa's gezicht. Een lok die er niet meer is.
--------------------------------------
Het is drie uur 's middags wanneer de telefoon van Rosa over gaat.
'Met Rosa?'
'Mevrouw Overwater, het klopt dat Lisa uw dochter is?'
'Ja, dat klopt. Waarom vraagt u dat? Is er wat gebeurt?'
'Het spijt me mevrouw Overwater, maar uw dochter is van het klimrek gevallen en is nu onderweg naar het ziekenhuis'.
Rosa weet even niet wat ze moet zeggen en staat stil.
'Mevrouw Overwater? Bent u daar nog?'
De stem van de directrice brengt Rosa terug naar realiteit en ze antwoordt snel: 'Ja, mevrouw, ik ben er nog. Naar welk ziekenhuis wordt ze gebracht?'
'Ze brengen haar naar het Refaja, volgens de broeders'.
'Ik kom meteen daarheen. Bedankt mevrouw'.
Snel stopt Rosa haar telefoon terug in haar broekzak, laat de boodschappenkar staan en rent naar de uitgang. Bij de kassa's staan lange rijen, maar ze rent gewoon door. Ze loopt tegen verschillende mensen aan, ze schenkt er geen aandacht aan. In een waas rent ze door naar de auto en stapt snel in. Dan beseft Rosa dat ze haar man nog niet heeft gebeld. Haastig pakt ze haar telefoon weer en belt Ben.
'Ben, we hebben nu geen tijd om te praten. Je moet meteen naar het Refaja komen. Lisa is van het klimrek gevallen en ze is nu onderweg naar het ziekenhuis,' zegt Rosa in één adem. Ze hangt op zonder zijn antwoord af te wachten en start de auto. Veel harder dan toegestaan rijdt ze richting het ziekenhuis.
Wanhopig probeert Rosa een parkeerplek te vinden, maar het lijkt helemaal vol te staan. Opeens ziet ze een auto die zijn plekje verlaat en ongeduldig wacht ze tot de auto weg is. Snel parkeert Rosa haar auto en rent richting de ingang van het ziekenhuis. Bij de informatiebalie staat gelukkig niemand te wachten en al snel loopt ze door de gangen, richting de kinderafdeling. Op de afdeling lijkt het rustig, er zit alleen een vrouw met een kind te wachten. Rosa loopt weer richting de balie en informeert naar Lisa.
'Uw dochtertje wordt op dit moment geopereerd mevrouw, ik zal u moeten vragen om even plaats te nemen tot de behandelend arts klaar is met de ingreep'.
Stilletjes gaat Rosa aan de andere kant van de wachtkamer zitten, zodat ze Ben aan kan zien komen. Na een aantal minuten ziet ze hem al door hal rennen, zijn hoofd is rood. Rosa staat op en geeft hem een zoen. Ze is niet in staat om veel te zeggen, en ze ploft weer terug op haar stoeltje. In stilte wachten ze het nieuws af wat de dokter hen zal komen brengen.
Na twee uur komt er eindelijk een dokter aan die naar de ouders van Lisa vraagt. Rosa staat meteen op en de man begint te praten met een lage stem. 'Meneer en mevrouw Overwater, mijn naam is dokter Velp. Uw dochtertje heeft een flinke smak gemaakt toen ze op de grond viel en ik vrees dat ze een ernstige hersenschudding heeft. Op dit moment houden we haar kunstmatig in coma, zodat we kunnen kijken of er nog meer botsplinters in haar hersenen zitten. Haar schedel is op één plaats gebroken en die heb ik vast gezet met een metalen plaatje. U moet niet schrikken wanneer we zo haar kamer binnen gaan. Het lijkt alsof ze ligt te slapen, alleen zal ze niet wakker worden van uw stem'. De dokter kijkt Rosa en Ben één voor één aan maar ze geven geen enkele reactie. Vervolgens knikt de dokter en zegt: 'Als u mij dan even zou willen volgen, dan breng ik u naar haar toe'.
Voordat ze gaan lopen pakt Rosa de hand van Ben en kijkt hem in zijn ogen. Ze fluistert: 'Ik weet niet of ik dit wel kan Ben. Misschien is het beter als jij alleen gaat, dan is één van ons bij haar'.
Ben slaat een arm om haar heen en trekt haar dicht naar zich toe. Hij fluistert terug: 'Jij bent de enige die ze op dit moment nodig heeft. Jij bent er altijd voor haar, jij bent haar rots in de branding'.
Rosa ziet dat Ben tranen in zijn ogen heeft en ze laat zich door hem mee loodsen naar de kamer van Lisa. Zachtjes doet de dokter de deur open, alsof hij haar toch wakker zou kunnen maken. Rosa kijkt vol ongeloof hoe haar kleine meid daar ligt. Het bed is veel te groot, ze ligt alleen op de zaal. Ze knijpt in de hand van Ben en langzaam lopen ze richting haar bed.
Het gezicht van Lisa is bleek, en er zit veel verband om haar hoofd. Op één plek begint het bloed er alweer een beetje door te komen. Ze hoort een gesmoorde snik en ze ziet hoe Ben de hand van Lisa vast heeft gepakt. Met kleine stapjes loopt ze ook dichter naar het bed toe. Ze kijkt naar de gesloten ogen, de ingevallen wangetjes. Onbewust strijkt ze een lok uit Lisa's gezicht. Een lok die er niet meer is.
Reacties