Doorgaan naar hoofdcontent

Voor altijd de mijne

Hij is van mij. Dat is de eerste gedachte die door mijn hoofd schiet wanneer de nieuwe jongen onze klas binnen stapt. Hij draagt zijn baseball petje andersom, in zijn linkeroor glimt een gouden ringetje en zijn kleding is een maat te groot. Zijn gympen strikt hij niet, waardoor ze heel erg groot lijken. Door het petje heb ik zijn haar nog niet kunnen zien.
In de pauze halen mijn vriendinnen mij over om hem mee uit te vragen. Ik weet dat ik de knapste ben in mijn klas, en het gaat me geen moeite kosten. Ik bedenk me even wat ik ga zeggen, en stap dan vol zelfvertrouwen op hem af. Hij staat alleen in een hoekje, hij heeft nog niet echt veel contact met onze klas. Ik schraap mijn keel en hij kijkt op. Zijn ogen zijn geelachtig, een heel vreemde kleur.
'Hoi, mijn naam is Liset. Jij bent Caleb toch?'
Hij knikt en zegt: 'Ja dat klopt, en ik wist ook al dat jij Liset heet. Ik weet de namen van iedereen uit de klas.'
'Ik ben blij dat te horen. Heb je zin om vanavond wat te gaan drinken met mij?', vraag ik zonder omweg.
Even kijkt Caleb me verbaast aan, maar dan verschijnt een glimlach om zijn lippen. Wat is hij toch ontzettend knap!
'Als je wilt kan ik je om zeven uur ophalen?', antwoordt hij.
'Is goed, tijdens wiskunde zal ik je mijn adres geven. Ik neem aan dat je dan naast me komt zitten?'
'Je adres heb ik al, maar ik kom graag naast je zitten.'
Ik glimlach zoetjes naar hem en draai me om richting mijn vriendinnen.

De rest van de schooldag vliegt voorbij, maar ik loop niet op een roze wolk. Ik ben ook helemaal niet verliefd op hem. Ik wil gewoon weten hoe ver ik kan gaan met hem. Hoever ik kan gaan voordat ik zijn grens bereik en hij mij tegenhoudt. Alsof hij dat durft bij het leukste meisje van de klas.
Op mijn gemak fiets ik naar huis, ik heb weinig haast. Op school heb ik gezien dat ik er nog goed uitzie en hoef dus alleen maar een ander shirt aan. Een lach siert mijn gezicht als ik aan het shirt denk. Het is een simpel ding met veel inkijk. Ik hoef maar over de tafel te buigen en je ziet mijn beha al. Eens kijken hoe hij daarop reageert.

Het is bijna zeven uur en ik zie een auto die voor ons huis stil gaat staan. Ik neem een paar laatste trekjes van mijn sigaret, zodat hij nog even op me moet wachten. Ik gooi de sigaret in de asbak en open de deur. Een frisse avondlucht komt me tegemoet en ik trek mijn jasje wat strakker dicht.
De auto ziet er niet duur uit van de buitenkant. Het merk herken ik niet.
Caleb stapt uit en heeft weinig gedaan aan zichzelf. Hetzelfde shirt en dezelfde broek als vanmiddag op school. Ook het petje zit nog precies hetzelfde. Hij weet waarschijnlijk zelf ook heel goed dat hij knap is. Nonchalant geeft hij me drie zoenen op mijn wangen. Hij neemt niet de moeite om de deur voor mij te openen. Hij stapt gewoon de auto weer in.
'Waar wil je naar toe gaan?', vraagt hij me, wanneer ik naast hem ga zitten. Ik kijk hem een beetje schuin aan en zeg: 'Een aantal klasgenoten gaan vanavond wat drinken op het kerkhof, en glaasje draaien. Ik heb daar wel zin in. En jij?' 
Ik probeer zijn reactie te peilen, maar hij geeft geen krimp.
'Is goed, dat kunnen we wel doen. Altijd leuk om te weten wat er aan de andere kant speelt,' grinnikt hij.
Hij heeft een rare glans in zijn ogen wanneer hij de auto start en richting het kerkhof rijdt. We hadden net zo goed kunnen gaan lopen, het is praktisch achter mijn huis.
Hij remt af voor de grote hekken en zet de motor uit. Hij stapt uit en uit de kofferbak haalt hij een grote tas. Aan het getik hoor ik dat het flessen zijn. Ik hoop maar dat hij er voorzichtig mee is. We lopen richting de hekken en hij opent ze een klein beetje. De scharnieren piepen.
Het schemert en het wordt snel donkerder, waardoor ik weinig zie. Verderop hoor ik wat stemmen. Het gelach van één van mijn vriendinnen herken ik. Het galmt over het kerkhof, en echoot na.
Hij stapt achteruit om mij voor te laten gaan. Slijmbal. Vol zelfvertrouwen loop ik door de hekken en ik hoor hoe Caleb achter me aan komt. Opeens slaat hij een arm om mijn middel, alsof ik zijn vriendin ben. Ik wil me lostrekken, maar hij houdt me stevig beet. Hij loopt met stevige pas door, maar we gaan niet richting de stemmen. Ik word een beetje boos, we hadden tenslotte afgesproken om naar hun toe te gaan! Ik hou hem tegen en zeg: 'Caleb, we lopen van de stemmen af. En ik ben niet je vriendin dus je mag ook best loslaten.' 
Hij kijkt me even aan en terwijl zijn greep verstrakt om mijn middel. We staan tussen de grafstenen, de meeste zijn scheef en verzakt.
'We hoeven toch niet naar die vrienden van je. Je weet dat je de leukste van de klas bent, en ik de leukste jongen. We hebben hun niet nodig voor een leuke avond. Dit is ook de reden waarom je wél mijn vriendin zou moeten zijn. Voor eeuwig.'
Door de vreemde manier waarop hij dat zei, krijg ik een koude rilling. Caleb trekt zijn jasje uit en houdt hem voor mijn neus.
'Hier, ik wil niet dat mijn vriendin het koud heeft.'
'Caleb, heel aardig van je, maar ik ben niet je vriendin. Je hebt me nog niet eens gevraagd.'
'Ik hoef je niet te vragen, ik weet al dat het goed is. Waarom stap je anders op mij af op het schoolplein?'
Even ben ik met stomheid geslagen. Hij denkt toch niet dat ik hem leuk vind? Ik luister of ik het gelach van mijn vriendin nog kan horen, maar het stil om ons heen. Caleb gaat opeens op de grond zitten, en trekt mij ook mee naar de grond. Ik gebruik zijn jasje om er op te gaan zitten. Het is erger dat mijn broek vies wordt dan zijn jas. Ik voel me niet helemaal op mijn gemak. Hij pakt de tas en haalt er een aantal flessen drank uit. Het zijn stuk voor stuk mijn lievelingsdrankjes. Ik draai ongemakkelijk heen en weer en vraag: 'Hoe weet je dat ik dit allemaal lekker vind?'
'Ik weet gewoon heel snel dingen van mensen Liset, soms iets te snel. Niet zo wijs om dat truitje aan te doen trouwens, het kan 's nachts nog wel eens koud worden'.
Heel even voel ik hoe mijn keel wordt dichtgeknepen, alle lucht lijkt uit mijn longen te ontsnappen.
'Hoe.. Hoe weet je dat van shirt?' Ik hoor hoe mijn stem trilt.
'Ik weet dat je die aan hebt getrokken om te zien of je me kan uitdagen. Ja, je kan me uitdagen. Maar ik denk dat ik jou beter kan uitdagen.
'Caleb, ik heb hier geen zin meer in. Ik wil dat je me naar huis brengt, nu. Je bent een freak en ik heb me heel erg vergist in jou. En nog iets, ik vind je niet leuk!' Mijn stem slaat over en ik wil opstaan. Snel slaat hij zijn arm om me heen. Ik kan niet weg schuiven, hij is te sterk. Hij buigt zijn hoofd naar mij toe en ik pers mijn lippen hard op elkaar. In plaats van me te zoenen, gaat hij met zijn mond richting mijn nek. Ik zie twee lange hoektanden glinsteren en ik gil, zo hard als ik kan. Hij drukt zijn hand op mijn mond en duwt me achterover. Caleb gaat boven op me liggen, ik kan me niet bewegen. Zijn zurige adem dringt door in mijn neusgaten en ik voel hoe zijn hoektanden in mijn nek zet. Met mijn laatste kracht probeer ik hem van me af te duwen, maar hij is te zwaar. Hij komt een klein stukje omhoog en zegt tegen me: 'Dit is het dan. Nu ben je voor altijd de mijne.'

Reacties

Unknown zei…
Hee Sandra,

Wat een originele wending, dat had ik niet zien aankomen. De spanning die je opbouwt op het laatst is erg goed. Blijf zo doorgaan!

Populaire posts van deze blog

De engel in vermomming

'Mam? Ik ben zwanger', zei Maira, terwijl ze de keuken binnen kwam lopen. Ik draaide me om naar haar, niet in staat om wat te zeggen. Haar ogen waren rood, gevuld met tranen. Ik liep op haar af, mijn armen uitgestrekt. Ze legde haar hoofd neer op mijn schouder en begon hevig te huilen. 'Het komt allemaal goed lieverd', probeerde ik haar te sussen. Eerst sussen, dan boos worden en om uitleg vragen. Die manier werkte altijd het beste Maira. Een paar minuten later werd het gehuil minder en wrikte ze zich los uit onze omhelzing. Ze schoof een stoel naar achter en ging zitten aan de eettafel, met haar handen in haar hoofd. 'Van wie ben je zwanger?', vroeg ik, terwijl ik een lichte trilling in mijn stem voelde. Het bleef even stil, ze snikte nog wat en haalde haar neus op. 'Je gaat me toch niet geloven', zei ze, terwijl ze haar hoofd in haar liet rusten. 'Ken je Abel nog?' Mijn hart sloeg een paar slagen over en even werd ik duizelig. Ik moes...

Het gezicht

Ik heb geen idee wat er vanochtend is gebeurd, maar volgens mij word ik gek. Ik heb besloten om het vast te leggen, zodat ik niet kan gaan twijfelen aan mijzelf en dat jullie hopelijk een verklaring hebben. Mijn handen zijn nat van het zweet en mijn mond is droog. De voordeur sloeg eerst hard dicht en daarna hoorde ik iemand de hal door rennen. De voetstappen stopten voor mijn kamer, maar toen ik voorzichtig de deur open deed was er niemand te zien. Er kan verder niemand mijn appartement in en dat is juist het enge. Ik woon alleen, ik heb geen huisgenoten of iemand anders die de sleutels van mijn appartement heeft. Wat er dus in mijn huis is geweest, of nog steeds is, ik zou het niet weten maar het kan zelf naar binnen.. Ik heb wel eens eerder gehad dat er onverklaarbare dingen gebeuren in mijn huis. Zo verschuift er wel eens een potje, wanneer ik er net niet naar kijk. Of het scherm van mijn telefoon wat opeens aan springt, terwijl er helemaal g...

[BizarBericht] Dit zal je leren

Soms lees je wel eens een bizar bericht in de krant. Je vraagt je af wat er aan vooraf ging, of misschien hoe het is afgelopen. In de kopjes met [BizarBericht] zal ik je mijn versie van het verhaal vertellen!   Mariana loopt op haar tenen door verschillenden straten, als een schaduw, die haar man achtervolgt. Ze heeft geen idee waar hij naartoe gaat. Deze buurt is totaal onbekend voor haar. Hij gaat weer een hoek om, het volgende straatje in. Ze sluipt naar de hoek van de straat en gluurt om de hoek. Hij is al bijna weer de volgende hoek om, wanneer hij zich plots omdraait. Ze trekt haar hoofd terug en voelt haar hart kloppen in haar keel. Ze blijft nog even staan, bang om zo snel alweer te kijken. Na een aantal seconden spiekt ze toch om het hoekje en haar man is niet meer te zien. Ze rent naar het einde van het straatje, het geluid van haar hakken weerkaatst tegen de muren van de huizen. Op het punt waar haar man stilstond, kijkt ze weer de hoek om. Daar ziet ze hem no...