Ik
negeer de zwerfster die al dagen achter me aan loopt met haar hand uitgestoken.
Haar kleding is gescheurd en vuil. Haar haren zitten vol met klitten. Ze oogt oud door al het vuil op haar gezicht.
“Geef
deze arme vrouw toch wat. Ik loop u nu al dagen achterna voor alleen wat centen”,
hoor ik haar zachtjes achter me prevelen. Ik doe alsof ik niets heb gehoord en
loop stug door.
“Meneer,
wees toch begripvol. U komt uzelf nog een keer tegen wanneer u dat niet
verwacht”, zegt de vrouw dit keer wat luider. Ik draai me om en kijk naar het
vuile gezicht. Nu ik zo dichtbij haar sta, lijkt ze toch niet zo oud als ik
eerst dacht. Even blijf ik nog staan, alsof ik wat wil zeggen, maar dan draai
ik me resoluut weer om.
Waarom zou je geld geven aan zwervers? Het is
waarschijnlijk hun eigen schuld dat ze hun geld zijn kwijtgeraakt. Drank,
gokproblemen, drugs of andere zaken die het daglicht niet kunnen verdragen.
Ik
loop met een iets hardere pas richting huis, ik weet heel goed dat de vrouw nog
steeds achter me loopt. Snel sla ik een straat in en begin te rennen. Weer de
hoek om en vervolgens naar links. Ik maak nog een omweg en ren langs de
supermarkt. Nog twee blokken, dan ben ik thuis. Ik draai me om, maar ik zie de
vrouw niet meer achter me lopen.
Gerust
loop ik de paar laatste meters naar mijn huis. Ondertussen zoek ik alvast mijn
sleutels in mijn zakken, maar ik kan ze nergens vinden. Omdat ik altijd al
rommelig ben geweest, raak ik niet meteen in paniek. Eerst nog even mijn tas
doorzoeken, wie weet zitten ze daar wel in. Na tien minuten heb ik nog steeds
mijn sleutels niet gevonden. Op goed geluk druk ik het belletje in van de
buurvrouw, zij heeft een extra sleutel van mijn appartement. Vrijwel meteen
neemt ze de hoorn boven op en vraagt wie er voor de deur staat.
“Mevrouw
Dermoit, ik ben het, Braidan. Ik ben mijn sleutels weer eens kwijt, vandaar dat
ik even bij u aanbel.”
“Ach
Braidan, je zou toch echt wat voorzichtiger moeten omgaan met je sleutels”,
kraakt haar stem door de microfoon. Vervolgens klinkt het geluidje dat de deur
uit het slot springt en ik duw de deur open. Ik loop de versleten trap op naar
de eerste verdieping. De deur van mevrouw Dermoit staat al open en voorzichtig
duw ik de deur wat verder open. Ik kijk de kamer rond en zie haar voor het raam
staan. Ik bedank haar en pak mijn sleutels uit het bakje bij de deur. Ze draait
zich om en knikt naar me. Ik schrik van het vuile gezicht wat ze heeft. Wanneer
ik met mijn ogen knipper is het vuil verdwenen en lacht ze naar me. Ze fronst en
vraagt: “Gaat alles goed Braidan? Wil je misschien een kop sterke koffie?”
“Nee
bedankt mevrouw Dermoit, ik heb nog veel werk liggen om af te maken”, zeg ik en
snel draai ik me om. Ik trek de deur achter me dicht en loop richting mijn
eigen deur. Met veel moeite krijg ik de sleutel in het slot en draai de knop om.
Het is ontzettend warm in mijn appartement en het zweet breekt me vrijwel
meteen uit. Ik loop door richting het raam en zet het helemaal open. Een
zuchtje wind waait langs mijn gezicht en ik blijf even staan. Ik kijk naar de
mensen die voorbij lopen en aan de overkant van de straat zie ik de zwerfster
staan. Ze staart naar me en opeens word ik nerveus. Ik dacht dat ik haar kwijt was geraakt? Hoe
heeft ze me dan alsnog kunnen vinden? Even staar ik naar haar terug tot dat
een bus mijn zicht blokkeert. Wanneer de bus verder rijdt is de zwerfster
verdwenen.
Verbaast
blijf ik nog even kijken naar de plek waar ze stond, maar ze komt niet meer
terug. Ik loop richting de keuken en pak een flesje bier. Mijn gedachten schieten
alle kanten op terwijl ik op de bank ga zitten. Met grote slokken drink ik het
flesje snel leeg en mijn nervositeit verdwijnt langzaam. Ik kijk op de klok en
zie dat het vier uur is. Mijn ogen branden hevig en ik besluit even te gaan liggen op de bank. Al snel voel ik de
moeheid toeslaan en ik zak weg in een onrustige droom.
Daar staat ze weer, die zwerfster.
Alleen nu is ze niet meer vuil en heeft ze prachtige kleding aan. Ze komt op me
afgelopen en muziek begint te spelen op de achtergrond. Ze pakt mijn hand en
danst met me, onder de sterrenhemel. Steeds dichterbij het randje dansen we,
alsof we ernaar toe draaien. Ze buigt naar me toe en fluistert in mijn oor: “Alles
wat jij hebt wordt van mij. We zullen wisselen van levens. Jij in de goot, ik in het appartement. Zo zal het zijn”.
Met deze woorden laat ze me los en
duwt me over de rand. Beelden flitsen voorbij terwijl ik blijf vallen.
Ik
schiet overeind en kijk om me heen. Nog steeds ben ik in mijn eigen
appartement. Alles staat nog op dezelfde plek. Ik veeg het zweet van mijn
gezicht en staar naar het plafond. De bizarre droom speelt zich af als een film
op mijn netvlies. Ik sta op en besluit naar het park te gaan, waar ik een
aantal dagen geleden de vrouw voor het eerst tegenkwam.
Bij de
poort van het park blijf ik staan. Ik vraag me af hoe ik toen was gelopen, maar ik
kan het me niet meer herinneren. Op een bankje verderop zie ik een zwerver
zitten en ik loop op hem af om naar haar te vragen.
“Ik
ben de enige zwerver in dit park meneer. Soms komen er wel eens jongeren die zijn
weggelopen, maar die gaan snel weer terug naar huis”, zegt hij met een zucht.
Ik
loop nog een aantal rondjes door het park, maar nergens kom ik haar tegen. Het
begint ondertussen donker te worden en mijn maag begint te knorren, dus besluit
ik maar weer terug naar huis te gaan.
Bij
het portiek blijf ik stilstaan en pak mijn sleutels uit mijn zak. Ik open de
deur en loop weer de versleten trap op richting de eerste verdieping. Tot mijn
verbazing past mijn sleutel niet meer in het slot van mijn deur. Ik draai de
sleutel om, maar nog steeds past hij niet. Ik klop op mijn eigen deur, ik zou
niet weten wat ik anders zou moeten doen.
Ik
hoor hoe het kettingslotje er van af word gehaald. De deur gaat open en daar
staat de zwerfster. Precies zoals ze er uit zag in mijn droom. Mijn mond valt
open en even weet ik niets te zeggen.
“Kan
ik u soms ergens mee helpen meneer?”, vraagt ze zacht.
“Ik eh..”, stotter ik. De deur van mevrouw
Dermoit gaat open en ik loop snel op haar af.
“Mevrouw
Dermoit, mijn sleutel past niet meer op deze deur. Ik ben alleen maar even naar
het park geweest en nu ik terugkom zit deze vrouw in mijn appartement”, zeg ik
in één adem.
Ze kijkt
me aan verbaast aan en vraagt: “Hoe kent u mijn naam meneer? Ken ik u soms
ergens van?” Vervolgens draait ze zich naar de vrouw en vraagt: “Valt deze meneer
je lastig Doretta?”
Ik
kijk naar de zwerfster die nee schudt en met een lach zegt: “Ik denk dat het
gewoon allemaal een misverstand is, mevrouw Dermoit.”
“Nou
ja, mocht je me nodig hebben dan moet je me maar even roepen Doretta. Voor u
een fijne dag meneer”, zegt ze tegen ons. Ze draait zich om en sluit haar deur
weer achter zich.
“Wat is
er allemaal aan de hand hier?”, vraag ik met een droge mond.
“Het
is best simpel Braidan. Dagen heb ik achter je aangelopen in de hoop dat je me
wat zou geven. Maar je keek niet naar me om en dus heb ik de mogelijkheid
gekregen om met je te ruilen. Nu zal jij merken hoe moeilijk het is om weer met
iemand te ruilen. Dagen moet je achter iemand aanlopen die niet bang van je zal
worden en uit angst je op de laatste dag alsnog een paar centen zal geven. Dan
moet je weer van vooraf aan beginnen. Ik hoop dat wanneer je iemand hebt
gevonden waarmee je kunt ruilen, niet meer zo gierig zal zijn en wat centen zal
geven aan de zwervers die je achtervolgen”, legt Doretta rustig uit.
Mijn
maag trekt zich samen en ze lacht nogmaals naar me. Ze pakt wat uit haar zak en houdt de sleutels voor mijn neus die ik eerder vandaag niet meer kon vinden.
“Veel
succes meneer, met het vinden van een vervanger. Vijf jaar heb ik
rondgezworven, gezocht naar iemand als u. Ik hoop dat het voor u niet zo lang
zal gaan duren”, zegt ze zacht en sluit mijn deur.
Reacties